dinsdag, oktober 14, 2008

Alleen

Iemand stuurde me dit omdat hij het had gezongen voor mensen zoals ik...

http://www.youtube.com/watch?v=Lwri03Bmp5E

zondag, oktober 12, 2008

Voorwoord "Geen blote voetjes in het zand"

"Lief klein mensje in mijn buik,
Of je gezond bent weet ik nog niet. Of je een meneertje of een mevrouwtje bent is ook nog een verrassing. Wat ik wel weet is dat je een aanwezig mensje bent. Fel, energiek en levendig. Ik voel je in mij bewegen, "waterfietsen". Soms vlij je je tegen mijn hand aan, soms zwem je weg zodra ik contact met je probeer te maken en keer je terug zodra ik mijn hand weer weg haal. In gedachte zie ik je lachen.
Je maakt me gelukkig, dondersteentje. Nog een keer zwanger zijn, onbezorgd, voor zover dat kan. Met een geliefde die zonder dat ik het hem vraag, alles met me deelt. Die midden in de nacht zijn hand op mijn bolle buikje legt, waar jij dan meteen tegenaan kruipt. Die me keer op keer vertelt hoe blij hij is dat we jou hebben gemaakt.
Ik hoop zo dat ik je houden mag, maar als je andere plannen hebt, dan is het goed. Je hebt me al meer gegeven dan ik dromen kon.

Lief mini-vruchtje, Beertje,
Acht weken was je bij me en je had gelijk. Het was beter niet verder te groeien. Je was meer dan welkom bij me. Maar ik was te ongelukkig in die tijd en moest eerst een heleboel problemen oplossen. Dat was de wijze les die je me leerde. Alles op zijn tijd.


Lieve Boaz,
Mooi jongetje van me. Mijn kind. Zoals je het zelf pas onder woorden bracht, vanuit jouw wereld besloot je in mijn buik te kruipen. En ik ben zo blij dat je mij koos!
Jouw zwangerschap was soms moeilijk. Ik was ontzettend gelukkig dat je in mij groeide, maar ik had nog zo veel te verwerken en heb me vaak schuldig gevoeld omdat ik verdriet had. Ik was bang dat je dat zou voelen. Misschien was dat ook wel zo en is onze band daarom zo hecht.
Maar je bezorgde me in mijn buik ook veel plezier. Je was druk. Soms moest ik mijn buik met twee handen vasthouden omdat je zo aan het dansen was. Dat doe je nog steeds. Een van mijn lievelingsherinneringen aan je allereerste jaren is dat je met je blokken aan het spelen was. Je bouwde een hoge toren. Maar de muziek stond aan en het ritme kreeg grip op je. De strijd die plaatsvond in je kleine lijfje was zo grappig en zo ontroerend. Dat blokje moest op de toren, maar je lijfje wilde dansen. De muziek won, je danste je dans.
Je gaf me rust, hielp me te helen en liet me weer worden wie ik ooit was. En nog steeds. Geen grote woorden, maar een tedere aanraking. Soms, midden in de nacht, kom je even bij me liggen om "samen te ademen". Kruip je weer in me. Dierbare momenten.
Lief, sterk, eigenzinnig, inspirerend, innemend, eigenwijs, dapper, ruimhartig, slim dansertje van me. Ik bewonder je mateloos omdat je je onder mijn veilige moedervleugels hebt weten te ontwikkelen tot een krachtig en evenwichtig kind. Je volgt je eigen pad, zo klein als je bent, maar weet dat ik er ben.

Lieve Victor,
Mijn eerste zoon. Mijn eerste levend geboren kind. Mijn gevoelige kind dat het leven zo vol overgave tot zich neemt. Lief kind dat van mij eindelijk een zichtbare moeder maakte. Vanaf het moment dat je je in mijn buik nestelde wist ik dat het goed was. Jij was gezond! Jou mocht ik houden. Eindelijk kwam het sprookje uit.
De eerste jaren zat je voornamelijk bij me op schoot. Dagen brachten we zo samen door, pratend, zingend, knuffelend. Nachten zat ik naast je bed omdat je niet slapen wilde. Je wilde niets missen, vooral mij niet. En ik jou niet. Soms was ik bang te veel van je te houden, bang dat mijn hart weer gebroken zou worden, bang dat ik je kwijt zou raken. Daar leek het ook een paar keer op, maar ik noemde je niet voor niets Victor, de overwinnaar. Jij kwam, zag en overwon!
Ik heb op je leren te vertrouwen, je hebt me voor je gewonnen, me gerust gesteld. Door jou groeide ik als moeder. Door jou leerde en leer ik nog steeds, wat het ware moederschap inhoudt.
De last op je schouders, waar je hoe dan ook mee geboren bent, heb je omarmd. Met een bewonderenswaardig groot gemak draag je hem met je mee.
Bijzonder, intelligent, gevoelig, zachtaardig, gretig, liefhebbend, gepassioneerd, uniek, hunkerend, leergierig en dierbaar jongetje. Je leeft je leventje zo intens, bijna alsof je voor twee leven moet. Je bent mijn kleine held!


Mijn kleine, lieve Tijgertje, mijn ongebakken levertje.
Je was nog zo klein toen je geboren werd, zo rood, zo kwetsbaar. Ik durfde je blote velletje niet aan te raken, heb je nauwelijks vastgehouden. En toen ik onlangs je foto's weer eens bekeek, zag ik pas hoe mooi je was. Hoe fijn je gezichtje was. Dat je echt een kind van mij bent. Mijn meisje.
Bevallen van jou was heftig. Mijn lijf en geest waren er nog lang niet aan toe en protesteerden hevig. Het had weinig gescheeld of ik was met je mee gevlogen. Voor het eerst van mijn leven was ik zelfs niet meer bang voor mijn eigen dood. Ik wilde bij je zijn, hoezeer ik het leven ook liefhad. Maar je bent bij me, in mijn hart.

Klein frummeltje,
Op alles was ik voorbereid, maar niet op de boodschap na negen weken zwangerschap dat je hartje niet meer klopte. Ik wilde geen afscheid van je nemen. Zeven weken zat je nog in mijn buik. Je leefde niet meer, maar ik was wel zwanger. Er was duidelijkheid. Er was geen spanning over jouw gezondheid en geen spanning of ik weer zwanger zou raken en hoe het dan af zou lopen. Jij gaf me wat niemand anders toen kon: Rust.

Jasmijntje, mijn mooie meisje, mijn eerste kindje,
Jij maakte mij moeder. Jij liet mijn droom uitkomen. Ook al liep hij anders af dan ik gehoopt had.
Wat was ik gelukkig toen je, nog warm, in mijn armen lag. Ik kon me niet voorstellen dat er ooit een mooier, perfecter kindje geboren was. Dat je hartje niet klopte leek bijna onbelangrijk. Je was er, ik hield je vast. Eindelijk kon ik je zien, ruiken, aanraken. Jij gaf me superkrachten. Je maakte het onmogelijke mogelijk. Binnen een paar uur leefden we een heel leven samen. Ik liet je los, zag je gaan. Je bent weg, maar voor eeuwig dicht bij me. Mijn onvoorwaardelijke liefde.



Dit zijn mijn kinderen. Ze zijn mijn trots. Ze hebben mijn leven verrijkt en daar ben ik ze dankbaar voor.
Je kindje verliezen is het ergste dat er is en toch...ik had het voor geen goud willen missen. Natuurlijk, als er een keuzemogelijkheid zou zijn, dan zouden ze allemaal nog geleefd hebben, maar die keuze heb je nou eenmaal niet in het leven. Je kunt maar één ding doen, omarmen wat je overkomt en er alles uit halen wat er in zit.
Mijn kinderen hebben me stuk voor stuk gevormd tot wie ik nu ben; Een moeder die heeft laten zien dat ze vechten kan, dat ze van het leven genieten kan, dat ze over krachten beschikt die ze zelf niet vermoeden kon. Een moeder wiens liefde onuitputtelijk is.

Ik ben zeer vereerd dat ik het voorwoord heb mogen schrijven voor dit prachtige boek. Het biedt mij en vele anderen een unieke kans om de aanwezigheid van onze dierbare kinderen te bevestigen. Om nog meer mensen kennis te laten maken met deze bijzondere wezentjes.
Maar ik ben vooral blij met dit boek omdat het er in mijn ogen niet alleen is om ons verdriet over hun dood te delen, maar vooral om het bestaan van onze lieve engeltjes te vieren.

Een warme groet, Ellemijn Veldhuijzen van Zanten.

Amsterdam, februari 2008"



P.S.

Lieve Quinten,
Jij was het kleine meneertje in mijn buik terwijl ik deze brieven schreef, onwetend dat mijn woorden bijna profetisch zouden zijn. Want het leven had andere plannen voor jou en mij.
Je was een sterk en vrolijk, nog veel te klein jochie met een grootse ziel. Jij maakte ons compleet. Door jou vonden we elkaar als familie, als gezin. als geliefden. Jij bent onze verbintenis. Door jou werd alles nog helderder.
In een bel van liefde ben je geboren, heb je geleefd en ben je gestorven. Het verdriet is nog vers, maar wat ik je toen schreef is waar. Het is goed. Want jij was, bent en blijft liefde. En liefde overwint alles.

Amsterdam, april 2008

donderdag, september 25, 2008

Hoeveel kan een mens verdragen?

Het eerste dat ik mijn moeder vroeg toen ik na de geboorte van Quinten bijkwam uit de narcose was: "Hoeveel kan een mens verdragen?" Ik dacht dat ik de afgelopen jaren mijn portie wel gehad had. Het leven lachte me eindelijk toe. En toen greep dat wrede noodlot dat me al zo vaak te grazen had genomen, me weer bij mijn lurven. In eerste instantie dacht ik echt dat dit de druppel zou zijn. Al die jaren hiervoor was ik er in geslaagd om ondanks alles gelukkig te blijven. Maar nu dacht ik dat mijn veerkracht op zou zijn, dat Quinten verliezen me al mijn levensvreugd zou ontnemen.
Maar nee...Het antwoord op de vraag die ik mijn moeder toen stelde heb ik zelf gegeven. Een mens kan meer verdragen dan hij dromen kan! Ik heb mezelf weer uitgedeukt, gladgewreven en opgepoetst. Het gaat beter met me dan het in jaren met me is gegaan.

Afscheid

Met heel veel bloed, zweet en tranen, maar ook met heel erg veel plezier heb ik de afgelopen jaren één keer in de drie maanden een column geschreven voor de nieuwsbrief van www.lieve-engeltjes.nl. Maar toen ik zwanger was van Quinten viel me dat zwaar. Ik vond het een klote idee om iedere keer weer over dode kinderen en verdriet te moeten schrijven terwijl hij springlevend en kerngezond in mijn buik zat. Daarnaast vond ik dat ik in herhaling begon te vervallen...iedere keer weer probeerde ik uit te dragen dat het leven verder gaat na het verlies van een kindje. Nu doe ik dat op een andere manier. Ik doe het door te stoppen met het schrijven van mijn column. Ik ga verder. Mijn verdriet zal er altijd blijven, maar op mijn manier. Het delen doe ik met mijn geliefden, door te praten, maar nog vaker in stilte. Als ik mijn liefje aankijk zie ik de vader van Quinten. In zijn ogen zie ik trots, blijdschap, verdriet en heel veel liefde. Maar misschien wel belangrijker, in zijn ogen zie ik onze zoon.
Zaterdag 20 september mocht ik het eerste exemplaar in ontvangst nemen van het boek "Geen blote voetjes in het zand" waarvoor ik het voorwoord schrijven mocht. Een mooiere afsluiting van mijn tijd bij Lieve Engeltjes kon ik me niet voorstellen.

Mijn laatste column:
http://lieve-engeltjes.nl/index.php?option=com_lenieuws&task=shownieuwsitem&Itemid=139&id=33

donderdag, maart 27, 2008

Quinten

Een paar weken na zijn dood schreef ik dit....



Een kind verliezen is de ergste nachtmerrie van iedere ouder. Twee kinderen verliezen gaat een ieders pet te boven. Drie kinderen verliezen komt alleen voor in slechte woensdagavondtelevisiefilms. En bij mij...
Bijna drie weken geleden verloor ik mijn derde kindje. Tien jaar geleden overleed mijn eerste dochtertje, Jasmijn. Negen jaar geleden mijn tweede dochtertje, Tijgertje. En nu mijn zoontje Quinten. De eerste twee keer kon ik het nog wel begrijpen. Mijn dochtertjes hadden een ernstige hartafwijking. Een genetische afwijking, aanwezig bij mijn ex en bij mij. Als een kindje niet gezond is, is het veel makkelijker om ze los te laten. Want je wilt als moeder niets dan het beste voor je kind, zelfs als dat betekent dat je het de kans moet geven te sterven.
Maar Quinten, liefdesbaby van de man van mijn leven en mij, was gezond. Dit keer werd ik ziek. Een bacterie kreeg me te pakken, zorgde er voor dat mijn vliezen braken en maakte me zo ziek dat er uiteindelijk geen andere optie was dan ons kindje geboren te laten worden. Hij had het zwaar in mijn buik, was inmiddels zelf ook behoorlijk ziek geworden. Toch werd hij levend geboren, ons sterke meneertje. Een klein half uurtje was hij echt bij ons, lichaam en geest. Een klein half uurtje waren we een drie-eenheid. En toen, heel rustig, ongemerkt haast, was hij weg... Zijn lijfje hebben we nog vijf dagen bij ons gehad. In die vijf dagen leefde hij zijn hele leven. Hij veranderde steeds, werd mooier en rustiger totdat het klaar was. Na vijf dagen hebben we hem bij zijn opa begraven. Het was een feest. Mijn liefje sprak hem toe, sprak mij toe, sprak de jongetjes toe. Ik sprak ons meneertje toe, vertelde hem dat het goed is. We dronken champagne. We begroeven ons meneertje zelf tot zijn kistje niet meer te zien was. En er was veel liefde. Onze allerdierbaarsten waren bij ons.
Maar dan...dan is het klaar en begint het gewone leven weer. 's Ochtends gaat de wekker weer, de jongetjes moeten naar school, hun boterhammen en pauzehapje moeten gemaakt worden, de was moet gedaan worden, er moeten boodschappen gedaan worden, er moeten rekeningen betaald worden, er moet opgeruimd worden... Allemaal dingen die aan de ene kant heel erg goed zijn, want in je bed gaan liggen en er niet meer uit komen, hoe verleidelijk dan ook, is niet de beste methode om te helen. Aan de andere kant, het gewone leven gaat zo snel...en ik wil dat de tijd even stil blijft staan. Gelukkig is dat in sommige gevallen ook zo. Op 4 maart fietste ik, zoals iedere dag onderweg naar school, langs de Hema. Er waren een paar ruiten ingeslagen en op die ruiten hingen papieren: "Hier geen fietsen plaatsen. Ruiten worden 7 maart vervangen." Het is nog steeds niet gebeurd. Voor de ruiten van de Hema is 7 maart nog steeds niet gekomen. En dat doet me goed.